Enkele dagen terug kregen we het heuglijk bericht dat er overeenstemming was bereikt tussen Sanchez, die als socialistisch voorman de Spaanse verkiezingen had gewonnen, en Puigdemont, leider van de grootste Catalaanse formatie. Hierdoor kan een Spaanse regering op de been worden gebracht die de patstelling tussen de linkse en rechtse formaties doorbrak.
Dit is niet naar de zin van de (uiterst)-rechtse formaties in Spanje, die fanatiek de Spaanse eenheid willen bewaren en het ontvoogdingsproces van de Iberische volkeren die niet over een eigen staatsstructuur beschikken willen fnuiken in hun drang naar onafhankelijkheid. Het uiterst rechtse Vox en de conservatieve Partido Popular hebben hiertoe reeds opgeroepen tot opstand tegen het voornoemd akkoord, dat amnestie verleent aan de Catalaanse leiders die de onafhankelijkheid hadden uitgeroepen, met het predikaat “Rebellie” werden bedacht, en op verwoede vervolging werden getrakteerd door het nog steeds Franquistisch geïnspireerd Spaanse gerecht.
De attente lezer zal zich nog herinneren dat VLAKO een heuse tocht naar Catalonië heeft ondernomen om de bevrijding van de Catalaanse leiders te bepleiten en met open armen door de bevolking werden onthaald. Sindsdien waren de zware en langdurige straffen gemilderd in hun uitvoering, maar de gevluchte topleider Carles Puigdemont was ontsnapt aan deze uitspraak door te vluchten naar onze kontreien. Het kabinet Sanchez zal de materie nu aan de rechtsinstanties onttrekken, zodat de toestand zal worden ontmijnd en er mogelijkheden zijn om aanvaardbare compromissen te sluiten.
Welke les kan nu worden getrokken uit dit pijnlijke avontuur? Het blijkt nog steeds dat de gulden regel van de politiek onverkort blijft : “Het komt er niet op aan gelijk te hebben, maar men moet gelijk halen.” Het is dus zeer nobel om goede doelen na te streven, maar men moet voldoende kracht kunnen ontwikkelen om deze doelen te realiseren. En daar schortte het in het geval van Catalonië aan, gezien het geïsoleerd optreden van de Catalanen in het veel grotere Spanje en het ontbreken van voldoende internationale steun .
Als men nu de gebeurtenissen transponeert op het Vlaamse autonomiestreven dan kan men zowel overeenkomsten als ongelijkheden ontdekken. Allereerst vormen de Vlamingen in België de meerderheid van de bevolking. Dit blijft een belangrijke factor, maar het is niet de enige. Er vallen nog twee hoofdelementen te onderscheiden: de meerderheid van Vlamingen die een grote autonomiebeweging al dan niet gunstig gezind zijn, en de meerderheid van de Belgen die al dan niet een grote autonomiebeweging gunstig gezind zijn. En voorts nog de internationale constellaties, die veelal lak hebben aan grootscheepse veranderingen en liever hebben dat alles bij het oude blijft. We hebben dit ervaren in het geval van Catalonië, waar de bevoegde Europese Commissaris Didier Reynders schitterde door afwezigheid bij de toediening van draconische straffen aan de Catalaanse leiders door inquisistische Spaanse gerecht kwistig uitgedeeld.
Wil dit zeggen dat een interne Vlaamse meerderheid, gewonnen voor meer autonomie, onmachtig is om wat dan ook te realiseren op dit punt ? Dat is niet evenwel ook niet het geval. Internationale rechtsregels zijn bepalend voor het principe van volkssoevereiniteit. Het bestaan van de staat België is een politiek historisch dogma, en het hoeft volkenrechtelijk niet te eindigen met het ene en overdeelbare “twee landen land”. In een volgende bijdrage gaan we daar nader op in.
Een reactie achterlaten